naar hoofdtekst gaan

Een document in het printergeheugen afdrukken

U kunt een bepaald document of alle ontvangen documenten in het geheugen tegelijk afdrukken.

Wanneer u een bepaald document afdrukt, kunt u het gewenste document selecteren met behulp van het transactienummer. Als u het transactienummer van het gewenste document niet weet, kunt u eerst de lijst met documenten (GEHEUGENLIJST (MEMORY LIST)) afdrukken.

  1. Controleer of de printer is ingeschakeld.

  2. Plaats papier.

  3. Selecteer FAX (Fax) op het HOME-scherm.

    Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven.

  4. Selecteer Functielijst (Function list).

    Het scherm Functielijst (Function list) wordt weergegeven.

  5. Selecteer Geheugenverwijzing (Memory reference).

    De geheugenlijst wordt weergegeven.

    • A: Datum en tijd van de transactie en fax-/telefoonnummer

    • B: Transactienummer (TX/RX nr.)

      Een transactienummer tussen "0001" en "4999" geeft aan dat het een verzonden document is.

      Een transactienummer tussen "5001" en "9999" geeft aan dat het een ontvangen document is.

    • C: Bij verzending/ontvangst in kleur wordt Kleur (Color) weergegeven. Er wordt niets weergegeven bij verzending/ontvangst in zwart-wit.

    Opmerking

    • Als er geen documenten in het printergeheugen zijn opgeslagen, wordt het bericht Geen document in geheugen. (There is no document in memory.) weergegeven. Selecteer OK om naar het vorige scherm terug te keren.

  6. Selecteer het menu Afdrukken.

    • De geheugenlijst afdrukken (GEHEUGENLIJST (MEMORY LIST)):

      U kunt een lijst afdrukken met de documenten die in het printergeheugen zijn opgeslagen door Doc.lijst afdr. (Print doc. list) te selecteren.

      Wanneer het bevestigingsbericht voor afdrukken wordt weergegeven, selecteert u Ja (Yes). Het afdrukken wordt gestart.

      De GEHEUGENLIJST (MEMORY LIST) geeft het transactienummer van de niet-verzonden of niet-afgedrukte fax (TX/RX-nr.), de transactiemodus, het nummer van de ontvanger en de datum en tijd van de transactie weer.

      Een transactienummer tussen "0001" en "4999" bij GEHEUGENLIJST (MEMORY LIST) geeft een verzonden document aan. Een transactienummer tussen "5001" en "9999" bij GEHEUGENLIJST (MEMORY LIST) geeft een ontvangen document aan.

    • Een document opgeven om te af te drukken:

      Selecteer op het scherm Geheugenlijst (Memory list) het document dat u wilt afdrukken en selecteer Opgeg. doc. afdrukken (Print specified document).

      Opmerking

      • Als het opgegeven document niet in het printergeheugen is opgeslagen, wordt het bericht Er is geen document dat kan worden afgedrukt. (There is no document that can be printed.) weergegeven. Selecteer OK om naar het vorige scherm terug te keren.

      Het bevestigingsscherm waarop u kunt selecteren of u de alleen de eerste pagina van het document wilt afdrukken, wordt weergegeven.

      Als u Ja (Yes) selecteert, wordt alleen de eerste pagina van het document afgedrukt. Het document is nog steeds opgeslagen in het printergeheugen.

      Als u Nee (No) selecteert, worden alle pagina's van het document afgedrukt. Het scherm waarop u kunt bevestigen of u het afgedrukte document uit het printergeheugen wilt verwijderen, wordt na het afdrukken weergegeven.

    • U kunt als volgt alle ontvangen documenten in het printergeheugen afdrukken:

      Selecteer Serieverwerk. (Batch process) en vervolgens Alle ontv. docum. afdr. (Print all RX documents).

      Wanneer het bevestigingsbericht voor afdrukken wordt weergegeven, selecteert u Ja (Yes). Alle documenten in het printergeheugen worden afgedrukt.

      Telkens wanneer een document wordt afgedrukt, wordt het scherm weergegeven waarop u kunt bevestigen of u het afgedrukte document uit het printergeheugen wilt verwijderen.

      Als u Ja (Yes) selecteert, wordt het afgedrukte document uit het printergeheugen verwijderd.